mammoetboom of reuzensequoia (Sequoiadendron giganteum) is een boom uit het geslacht Sequoiadendron van de cipresfamilie(Cupressaceae). Het is de zwaarste boom in de wereld. De soort komt van nature voor in Californië waar hij groeit op de westelijke hellingen van de Sierra Nevada tussen 1200 en 2400 m hoogte. Voor de ijstijden kwam de boom algemeen voor op het noordelijk halfrond. In bijvoorbeeld Europa is de boom bekend als fossiel in bruinkoollagen.

De kroon is smal en kegelvormig. De uiteinden van de takken buigen naar voren. De schors is net als die van de kustmammoetboom (Sequoia sempervirens) roodachtig bruin, dik, zacht en vezelig. Later wordt de schors donkerder en gegroefd. De richels steken soms ver uit. De schors is heel zacht en kan gemakkelijk ingeduwd worden. Men kan ertegen stompen zonder de vuist te verwonden. De boom heeft blauwgroene of donkergroene schubnaalden van 4-7 mm lang. De kegelvruchten zijn bruin en eivormig, 5-8 cm lang en hangen aan lange steeltjes aan de hoofdtwijgen.

De mammoetboom heeft een zeer dikke bast en een hoge kruin, zodat bij een bosbrand het vuur de belangrijkste delen van de boom niet kan aantasten. Voor de voortplanting zijn branden zelfs noodzakelijk. Het snel blussen en voorkomen van bosbranden in het verspreidingsgebied schijnt ertoe geleid te hebben dat er vrijwel geen nieuwe sequoia's meer opkomen. Overigens zijn de hevige bosbranden die af en toe oplaaien in staat om aan oude exemplaren fatale schade toe te brengen.[3]

De boom levert duurzaam hout, dat te zacht is om als constructiemateriaal gebruikt te worden. Reuzenbomen die worden geveld versplinteren vaak in ernstige mate als ze omvallen, waardoor een groot deel van het hout onbruikbaar wordt.

BRON: https://nl.wikipedia.org/wiki/Mammoetboom

Door Meneerke bloem - Eigen werk, CC BY-SA 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=11078341
B36 Seqoiadendron giganteum